De Europese Unie zal beter in staat zijn om adequate hulp te verlenen aan vluchtelingen, stelt Europarlementariër Judith Sargentini in reactie op het aannemen van nieuwe EU-wetgeving donderdag. De wetgeving, opgesteld door de Groenen in het Europees Parlement, bevat wijzigingen in het Europees Vluchtelingenfonds en vraagt rekening te houden met een nieuw gezamenlijk fonds voor de hervestiging van vluchtelingen.

Europa moet verantwoordelijkheid nemen

“De ministers van de EU-landen zorgden voor heel wat vertraging, maar ik ben blij dat nu de kogel door de kerk is”, reageert Sargentini. “Wij willen dat Europa haar verantwoordelijkheid neemt voor diegenen die overal ter wereld in onmogelijke situaties zitten. Ik bezocht vluchtelingenkampen in onder andere Tunesië en heb mij plaatsvervangend geschaamd dat de mensen daar onder erbarmelijke omstandigheden zitten terwijl Europa de andere kant op kijkt.”

Ter wereld zijn er 200.000 vluchtelingen die definitief niet terug kunnen naar huis en die ergens anders 'herplaatst' worden. De Europese Unie neemt slechts 4.500 van deze vluchtelingen op. Ter vergelijking: de Verenigde Staten vangen er 80.000 op en ook landen als Brazilië en Chili deden heel veel in de afgelopen jaren.

Met de aangenomen voorstellen zal de Europese Unie een actievere rol spelen om vluchtelingen bij te staan. Mensen die een vluchtelingenstatus krijgen in landen buiten Europa, maar waar de capaciteit ontbreekt om een toereikend beschermingsniveau te bieden, kunnen makkelijker een plek in Europa krijgen.

Om een beter vluchtelingenbeleid mogelijk te maken, zal het Europees Vluchtelingenfonds, dat financiële hulp biedt aan de EU-lidstaten ter ondersteuning van opvang, worden uitgebreid zodat een bredere groep van kwetsbare personen opgevangen kan worden. Dan gaat het om kinderen, vrouwen, niet-begeleide minderjarigen, slachtoffers van geweld en marteling en mensen met ernstige medische problemen. Sargentini: “De EU zal nu meer kunnen doen om het lot van de vluchtelingen serieus te verbeteren. Dat is een verantwoordelijkheid die een westerse mogendheid als de onze niet naast zich neer mag leggen.”