GroenLinks en SP willen opheldering van staatssecretaris Teeven over de vergoeding van 7 ton die Cees van Rij, voormalig directeur juridische zaken van Buma/Stemra, ontving na zijn vertrek. Het bedrag is nooit getoetst door een rechter en gezien de hoogte van de vergoeding lijkt er eerder sprake van een ordinaire oprotpremie. Een kantonrechter zou gezien het aantal dienstjaren en het laatste loon van 233.900,- excl pensioenlasten enkel een dergelijk bedrag toekennen wanneer er sprake zou zijn van verwijtbaar gedrag van de kant van de werkgever.

GroenLinks Tweede Kamerlid Mariko Peters en SP Tweede Kamerlid Jasper van Dijk hebben schriftelijke vragen gesteld.

Peters: “Ik wil van de staatssecretaris weten of hij het wenselijk vindt dat deze vergoeding betaald wordt van de middelen van de leden van Buma/Stemra, die geen invloed hebben gehad op de vaststelling ervan. Buma/ Stemra beweert dat de inkomenspositie van hun auteurs zo onder druk staat en dat extra toezicht dat zou verergeren. Dat staat in schril contrast tot de manier waarop Buma/Stemra zelf met geld omgaat.”

In de statuten van Buma/Stemra is vastgelegd dat het afspraak is om een ontslag via de ledenraad te laten lopen, dat is hier niet gebeurd en zal volgens Buma ook niet gebeuren.

Peters : “Buma/Stemra zegt keer op keer dat ze opkomt voor haar leden en spreekt namens auteurs, maar als het er op aan komt negeert het bestuur de wensen van haar leden en smijt ze met exorbitante ontslagvergoedingen”.

Vragen van de leden Van Dijk (SP) en Peters (GL) aan de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie over de ontslagvergoeding van een directielid van Buma/Stemra

1. Wat is uw reactie op het artikel ‘Buma: vertrekpremie Van Rij 7 ton’, waaruit blijkt dat de voormalige directeur juridische zaken van Buma/Stemra een ontslagvergoeding van 700.000 euro krijgt? (1)

2. Deelt u de mening dat de hoge ontslagvergoeding ongepast is in het licht van de publieke functie van Buma/Stemra, danwel hun door de overheid in stand gehouden monopoliepositie?

3. Wat vindt u van de bewering dat de hoogte vastgesteld zou zijn op basis van de Kantonrechtersformule? Deelt u de mening dat niet de kantonrechtersformule maar de premiernorm richtinggevend zou moeten zijn en zo ja, tot welke maximale hoogte aan ontslagvergoeding zou dat in dit geval volgens u kunnen leiden?

4. Hoe oordeelt u over het feit dat het ontslag niet is behandeld tijdens de ledenvergadering van de collectieve beheersorganisatie, terwijl de statuten daartoe wel verplichten? Wat vindt u ervan, dat Buma zegt ook niet van plan te zijn haar leden hier verder bij te betrekken? (2)

5. Waarom legde de voormalige directeur zijn functie neer?

6. Deelt u de mening dat het absurd is om dergelijke vergoedingen uit te keren, betaald met middelen die bedoeld zijn voor artiesten? Kunt u uw antwoord toelichten?

7. Beschikken u of het college van toezicht over mogelijkheden om deze ontslagvergoeding (op zijn minst gedeeltelijk) terug te vorderen? Zo nee, bent u bereid te onderzoeken welke juridische stappen ondernomen kunnen worden tegen deze statutair onjuiste uitkering van de vergoeding?

8. Deelt u de mening dat het salaris van deze bestuurder eveneens te hoog is, aangezien het boven de premiernorm uitkomt? Gaat u het teveel ontvangen bedrag terugvorderen?

9. Wat gaat u ondernemen om te voorkomen dat een voormalige collega directeur eveneens een exorbitante ontslagvergoeding krijgt?

NRC, 23 maart 2012: Zeven ton voor ex-Buma directeur blijkt oprotpremie