Een land kan niet zomaar lid worden van de Europese Unie. Er gaat een heel proces aan vooraf, gebaseerd op regels die in het EU-verdrag staan. In dit artikel bespreken we het proces stap voor stap.
1. Aanvraag EU-lidmaatschap
Een land dient een officiële aanvraag in om lid te worden van de Europese Unie. Elk Europees land kan om toetreding vragen, op voorwaarde dat het in Europa ligt en het de Europese waarden in acht neemt. Daaronder vallen democratie, respect voor mensenrechten en de rechtstaat.
Na de aanvraag van het lidmaatschap krijgt de aanvrager de status van aspirant-lidstaat. Het land moet aanpassingen uitvoeren om te voldoen aan de Kopenhagen-criteria. Daarin staan:
- Politieke criteria: Het land moet beschikken over stabiele instellingen die de democratie, de rechtsorde, de mensenrechten en het respect voor de bescherming van minderheden waarborgen.
- Economische criteria: Het land moet een functionerende markteconomie hebben en het hoofd kunnen bieden aan concurrentie op de interne Europese markt.
Als de Europese instellingen positief staan tegenover de toetredingsaanvraag, komt de aspirant-lidstaat in aanmerking voor pre-toetredingssteun.
2. Behalen kandidaatstatus
Wanneer de hervormingen vorderen en het land voldoet aan de politieke en economische eisen van de Kopenhagen-criteria, dan besluiten de Europese regeringsleiders, op advies van de Europese Commissie, om een land te 'bevorderen' tot kandidaat-lidstaat.
3. Voorbereiden op opening toetredingsonderhandelingen
Nadat een land de status van kandidaat-lid haalt, formuleert de Europese Commissie enkele prioriteiten die nog werk vereisen. Zo zorgen de onderhandelaars ervoor dat alle voorbereidingen zijn getroffen om de onderhandelingen soepel te laten verlopen.
4. Start van de toetredingsonderhandelingen
Met alle voorwaarden op orde, moet een kandidaat-lidstaat aan de slag om alle bestaande EU-wetgeving (het zogenaamde acquis) op te nemen in haar eigen wetten. De Europese Commissie voert een screening uit om na te gaan welke Europese wetten nog moeten worden ingevoerd.
Daarna verdeelt de Europese Commissie de onderhandelingen in verschillende hoofdstukken, in totaal vijfendertig, die alle rechtsgebieden van de Europese Unie dekken. In bijeenkomsten gaan ambtenaren van de kandidaat-lidstaat en vertegenwoordigers van Europese Unie per hoofdstuk na of er aan de Europese voorwaarden is voldaan. Voorbeelden zijn het aannemen van antidiscriminatiewetten en het opzetten van een instantie als de ombudsman. Een hoofdstuk wordt pas gesloten als alle bestaande lidstaten van oordeel zijn dat aan de voorwaarden is voldaan.
5. Afronden van de onderhandelingen
Als alle hoofdstukken besproken en geïmplementeerd zijn geven de lidstaten toestemming om de toetredingsonderhandelingen officieel af te sluiten. Daarna bevestigt de Europese Raad van regeringsleiders dit besluit. Na jaren van gesprekken kan de Europese Commissie het toetredingsverdrag gaan opstellen.
6. Tekenen van toetredingsverdrag, referendum en ratificatie
Het toetredingsverdrag wordt beoordeeld door het Europees Parlement en de Raad van Ministers. Na hun goedkeuring wordt het toetredingsverdrag ondertekend door de regeringen van de kandidaat-lidstaat en de landen die al EU-lid zijn. Het is gebruikelijk dat de kandidaat-lidstaat vervolgens een referendum houdt onder de nationale bevolking over de goedkeuring van het toetredingsverdrag. Als laatste stap moet het verdrag door alle nationale parlementen van de bestaande lidstaten goedgekeurd worden.
7. Toetreding tot de Europese Unie
Wanneer de Europese instellingen, de meerderheid van de eigen bevolkingen alle nationale parlementen akkoord zijn – dit proces duurt ongeveer anderhalf jaar – dan kan het land officieel toetreden.