De buitenlandcommissie van het Europees Parlement is akkoord met intensivering van relaties met Israël. Alleen de Groenen stemden tegen. Joost Lagendijk (GroenLinks) meent dat een upgrade van de betrekkingen met Israël op dit moment een verkeerd signaal is.
In februari kondigden de regeringsleiders van de EU al aan dat zij Israël wilden toestaan om deel te nemen aan samenwerkingsprogramma’s van de EU. Daar kwam toen een storm van protest op. De Islamitische wereld drong er op aan deze stap nu niet te nemen, vooral gezien de voortdurende isolatie van de Gaza-strook. Nu ligt dit besluit ter goedkeuring in het Europees Parlement.
De deelname van Israël aan EU-programma's is een stap in het kader van het Europese Nabuurschapsbeleid (ENB) waar bijna alle buurlanden van de EU aan mee doen. Ook de andere deelnemers mogen in de toekomst deze stap nemen. De verwachting is dat Marokko ook snel vraagt om deel te mogen nemen. Daarom zagen de meeste europarlementariërs geen reden om tegen te zijn.
Slechte timing
Lagendijk is groot voorstander van nauwer samenwerken met de buren onder het ENB, maar meent dat er duidelijke voorwaarden moeten worden gesteld op het gebied van mensenrechten en democratie. Ook goede betrekkingen met Israël zijn volgens hem van belang, maar de timing van de stap vindt hij beroerd.
Lagendijk: "Israël loopt nu voorop en dat is raar. Want terwijl wij de relaties upgraden, hebben wij ons ook vreselijk druk gemaakt over de afsluiting van de Gaza-strook, over het bouwen van de muur op de Westelijke Jordaanoever en over het onnodig gewelddadige optreden van het Israëlische leger. Israël lijkt zich op vele punten weinig gelegen te laten aan het internationaal recht of de universele mensenrechten. De EU doet het voorkomen alsof zij hier eenvoudig overheen stapt. We hadden op zijn minst moeten wachten tot andere buurlanden dezelfde aanvraag hadden gedaan. We verspelen zo onze geloofwaardigheid onder de Palestijnen en in de rest van het Midden-Oosten."
Voorzichtige suggestie
Het parlement heeft wel een verklaring opgesteld bij de instemming waarin zij er onder andere op wijst dat bedrijven die in de Israëlische nederzettingen in bezet gebied opereren niet mogen profiteren van samenwerking met de EU. Ook wordt de Europese Commissie opgeroepen om zich steeds aan het internationaal recht te houden tijdens het uitvoeren van de samenwerkingsprogramma's.
Een voorzichtige suggestie van de Groenen om enige druk op Israël uit te oefenen werd verworpen. De Groenen stelden dat de overeenkomst een verkeerd signaal zou zijn als het niet gepaard zou gaan met een verbetering van de humanitaire situatie in de Gaza-strook en voortgang in het vredesproces. In december moet het voltallige parlement nog stemmen over het voorstel. Dan zullen de Groenen nog eens proberen om het Europees Parlement op een iets kritischere lijn te krijgen.