Belediging van het vage begrip Turkse identiteit is straks niet langer strafbaar, als het aan de Turkse regering ligt. Europarlementariër Joost Lagendijk verwacht een serieuze verbetering van de vrijheid van meningsuiting.

De Turkse regering heeft een voorstel ingediend om het beruchte artikel 301 van het wetboek van strafrecht te hervormen. Dit artikel stelt een maximum straf van drie jaar op belediging van de Turkse identiteit ofwel 'Turksheid'. Nationalistische aanklagers gebruiken '301' als wapen om het publieke debat over de Koerdische kwestie en de Armeense massamoord uit 1915 onmogelijk te maken. Artikel 301 brandmerkt veroordeelden als landverraders in de ogen van nationalisten. De Turks-Armeense journalist Hrant Dink werd na zijn voorwaardelijke veroordeling onder dit artikel voortdurend bedreigd en uiteindelijk vermoord.

Europese druk
Politici in de Europese Unie, waaronder Joost Lagendijk, dringen al geruime tijd aan op een wijziging. Lagendijk, die als voorzitter is van de Turkije-delegatie van het Europees Parlement, de Turkse politiek intensief volgt, heeft de regering al vaak de belofte horen doen de beruchte wet te hervormen. Nu ligt er eindelijk een wetsontwerp in het parlement.

"De beste wijziging zou het schrappen van 301 zijn," zegt Lagendijk. "Maar dat is op dit moment niet realistisch." Hij wijst erop dat de oppositie faliekant tegen elke verandering is. De Nationalistische Actiepartij (MHP) heeft twee miljoen Turkse lira gereserveerd om campagne te voeren tegen de wijziging. Ook zal de oppositie de wet naar verwachting door het Constitutionele Hof laten toetsen, in de hoop deze ongedaan te maken.

Creatief rondkijken
De Turkse regering heeft creatief rondgekeken in de wetboeken van Europa. Naar analogie van het Italiaanse en Poolse recht spreekt het wetsontwerp van 'belediging van de Turkse natie'. Dit zou al een behoorlijke vooruitgang zijn ten opzichte van Turksheid, omdat het minder vaag en veelomvattend is. Bovendien kunnen volgens het wetsvoorstel aanklagers niet meer zelf besluiten om tot vervolging over te gaan. De president moet voortaan eerst beslissen of er volgens hem sprake is van belediging. Dit lijkt geïnspireerd op de Duitse wet, waarin staatsinstellingen zelf besluiten of zij de betreffende artikelen over belediging van toepassing achten. Bovendien is de maximumgevangenisstraf verlaagd.

Gelijk ingrijpen
"Afschaffing was beter, maar gezien het politieke krachtenveld is dit het hoogst haalbare," benadrukt Lagendijk. "Bovendien denk ik dat deze beperkte wijziging heel effectief is. Ik verwacht dat, als het aan de huidige president Abdullah Gül ligt, er helemaal geen aanklachten meer zullen komen."

Maar het nationalistische deel van de magistraten zullen zich niet gelijk gewonnen geven. Lagendijk: "Laten we hopen dat er geen ander wetsartikel wordt gevonden om kritische geluiden te smoren. '301' is hét symbool geworden voor de inperking van de vrijheid van meningsuiting in Turkije. Maar er zijn meer potentiële belemmeringen in de Turkse wet. Als nu blijkt dat een andere wet zich op deze manier laat misbruiken, moet de regering gelijk ingrijpen. En niet eerst jaren wachten op de juiste gelegenheid, zoals met '301'."

Zie ook enkele eerdere artikelen uit 2006 en 2007 over artikel 301: