Het kabinet staat met de rug naar de toekomst, zegt Tweede Kamerlid Bruno Braakhuis. Voortdurend zegt het kabinet A en doet vervolgens B. Enkel en alleen om de gedoogpartner te behagen. Zeggen dat er geen snipper soevereiniteit aan Europa wordt overgedragen en vervolgens komen met een supereurocommissaris Begrotingsdiscipline naar wie die soevereiniteit wordt overgedragen. Lees de inbreng van Bruno Braakhuis, woensdag tijdens de Algemene Financiële Beschouwingen.

 

Voorzitter,

deze roerige tijd vraagt om oplossingen en niet om meer problemen. Het was niet gemakkelijk, maar uiteindelijk bleek mijn partij toch in staat om op een rechtvaardige manier, binnen het financiële kader van dit kabinet, andere keuzes te maken die velen zekerheid bieden richting hun toekomst. Want ik proef onzekerheid in de samenleving, voorzitter, en ook onzekerheid is een veelkoppig monster, gevoed door politici die er electoraal baat bij hebben om deze te vergroten. Dit kabinet is de reflectie van de koppen van dit monster. Een schroefkop die draait, jokt en wegloopt voor echte verantwoordelijkheden, een moorkop die angst zaait voor de islam, nog maar één kroeskop bij de VVD die Europa wel ziet zitten, een kletskop die denkt dat de economie stukbezuinigen de redding gaat brengen en een krantenkop die alleen maar wil zegt hij denkt dat het volk wil horen, maar intussen de feiten verdraait. En het gevolg van al dit geduik en gedraai is dat de Nederlandse burger de klos is en dan vooral zij die een midden- of laag inkomen hebben, vrouwen die de arbeidsmarkt op willen en chronisch zieken en gehandicapten. Zij zijn ook een kop, niet van het monster, maar de kop van Jut. Dat is voor mijn fractie onverteerbaar en reden geweest om een tegenbegroting neer te leggen die aantoont dat het, binnen het kader van dit kabinet, mogelijk is om via andere keuzes de koopkracht te behouden, financiële houdbaarheid te bewerkstelligen en mensen hun eigenwaarde te laten behouden. Dit brengt me ertoe om op de volgende drie punten iets dieper in te gaan:

1.     Europa en de crisis

2.     Green deal

3.     Investeren in onderwijs, banen en een betere houdbaarheid

1. Europa en de crisis

Wanneer het gaat om Europa, voorzitter, is deze coalitie, en vooral haar gedoger, vergeten dat de Europese Unie juist tot stand is gebracht om ons vrede en voorspoed te brengen. En dat heeft het ook gedaan, tientallen jaren lang. Er is al 66 jaar vrede binnen de Unie en het heeft Nederland tientallen miljarden aan economische meerwaarde gebracht. Maar nu het tegenzit, en er een brand woedt in de monetaire unie, geeft het kabinet niet thuis, om tegemoet te komen aan de knoflookangst zaaiende gedoogpartner. Zo zie je continu dat de minister linksom beweert, maar intussen steeds heel anders handelt. Bijvoorbeeld stiekem wel soevereiniteit overdragen aan Brussel, maar dat blijven ontkennen. En dan opeens verschijnt er een brief van het Kabinet, waarin een Eurocommissaris voor Financiën wordt voorgesteld, die me bijna blij maakte. Bijna, voorzitter, want er worden weer belangrijke zaken weggelaten. Zo wordt de bestrijding van macro-economische onevenwichtigheden wel voorgesteld in deze brief, maar vervolgens schetst de VVD het doemscenario dat onze pensioenen zullen worden weggekaapt, wat onzinnige bangmakerij is. En zo gaat het maar door met A zeggen en B doen. Dan weer suggereert de MP in de Financial Times dat landen de Euro uitgezet kunnen worden, terwijl in de brief nog stond dat landen er voor kunnen kiezen. En waar de Miljoenennota vol stond over Europa, werd Europa in de troonrede oorverdovend vermeden. Want stel je voor dat er iets in staat dat de gedoogpartner niet behaagt, ook al zegt het gedoogakkoord er niets over. En zo laat dit kabinet zich bestuurlijk verlammen, juist op een moment dat de crisis vraagt om adequate en gerichte besluiten, om kracht.

Dan, bij de verhoging van het noodfonds roept de MP dat het ‘ontijdig’ is om te spreken over een volgende verhoging, terwijl iedereen weet dat de financiële markten juist zitten te wachten op een dergelijk vertrouwenwekkend besluit. Maar als het besluit genomen gaat worden, staat er opeens de handtekening van deze minister onder. Het kabinet doet A, maar zegt B. Want wat de partner niet gedoogt wordt niet hardop uitgesproken, maar tot taboe verklaard. Mijn partij houdt niet van taboes. Laten we open zijn over Griekenland en Europa. Daar heeft iedereen recht op. In die lijn, voorzitter, blijkt dat de eisen die aan Griekenland worden gesteld vooral de gewone Griekse burgers te raken. Zij worden ongelooflijk hard getroffen door de afgedwongen bezuinigingen, terwijl de verantwoordelijken – banken, rijken en politici – de dans ontspringen. Juist zij moeten worden aangepakt. Corruptie bestrijden, een kadaster inrichten, een belastingdienst op afstand, dat is wat er nodig is. Maar dat kost tijd. Die tijd lijken we onvoldoende te geven. We zien dat de gewone Grieken lijden en hun economie dreigt te worden stuk bezuinigd. Daarmee wordt de kans dat de kruik barst steeds groter. Mijn fractie vindt dat het in het belang is van Europa om onze armen om de Grieken heen te slaan en ze tijd te geven om de juiste dingen te doen. Een herstructurering valt daarbij onder de mogelijkheden, zodat de Grieken lucht krijgen om hun productiviteit en concurrentievermogen te verbeteren. Maar dan moet dit wel een gecontroleerde herstructurering zijn. En dat kan alleen gecontroleerd gebeuren, wanneer het EFSF aanzienlijk verruimd wordt en de mogelijkheid krijgt tot herkapitaliseren van banken. Voor GroenLinks zijn er geen taboes, gewoon zeggen waar het om gaat en welke alternatieven er zijn. Daar roep ik de minister toe op.

Voorzitter, GroenLinks pleit al langer voor meer Europees politiek bestuur onder de euro. De schimmige deal over het Finse onderpand is een pijnlijk en duidelijk signaal dat het ontbreekt aan dit politieke leiderschap in Europa. En nu dreigt zelfs een land als Slowakije het noodfonds te blokkeren: wie kan er nou nog blijven beweren dat het uitblijven van politiek gezag op Europees niveau niet nodig zou zijn?

Dat brengt me tot twee vragen aan de minister:

-           Gaat het kabinet nu eindelijk eens ontsnappen aan de greep van de gedoogpartner en taboes doorbreken en duidelijkheid geven aan alle Nederlanders dat we inderdaad alles op alles moeten zetten om met een verhoogd noodfonds te voorkomen dat we een wanordelijk faillissement van Griekenland krijgen?

-           Is het kabinet bereid de macht echt aan Europa over te dragen om niet alleen begrotingsdiscipline te handhaven, maar ook in te kunnen grijpen ten behoeve van economische convergentie en het bestrijden van macro-economische onevenwichtigheden? En nu we het toch over onevenwichtigheden hebben, voorzitter, weet ik er nog een. En die gaat over...






2. Green deal


Voorzitter, dit kabinet zegt dat ze met hun Green Deal investeren in natuur en milieu. Maar dat is jokken, voorzitter, en mijn moeder heeft me geleerd dat dit niet mag. De Green Deal is No Deal. Niet meer dan een groen sausje over een grijs kabinet. Bestaande projecten worden in een nieuw jasje gegoten en er worden wat intenties geuit tot nader onderzoek. We zijn het eens met de minister dat bedrijven motor moeten zijn achter de groene revolutie en dat de overheid hen moet faciliteren. Maar die pretentie maakt hij absoluut niet waar. Dan blijft een beeld hangen van een minister die pronkt met andermans veren.


Het is veelzeggend dat groene ondernemers zelf, de echte pioniers, de deal niet hebben meegetekend. Zij vinden dat de overheid niet over de brug komt en dan doelen ze niet op geld.


Deze Green Deal bevestigt de status quo waarbij de gevestigde belangen van de energie-intensieve industrie gespekt worden met een torenhoge subsidie van 5,8 miljard op fossiele energie. En die is niet eenmalig, maar jaarlijks! Zou het kabinet echte hervormingsmoed hebben, hebben ze hier de kans om meer dan 20mld te bezuinigen binnen deze kabinetsperiode en nog de klimaatdoelen te halen ook. Intussen blijven investeerders in schone energie op achterstand staan. Waarom houdt de minister deze subsidies op fossiele energie in stand en kiest hij niet voor het groene goud? En dit terwijl de minister van Financiën zich als Staatssecretaris van Financiën nog hard maakte voor fiscale vergroening. Zijn opvolger is druk doende de fiscale vergroening om zeep te helpen, bijvoorbeeld door de aanschafbelasting op slurpende auto’s met 1,1 miljard euro te verlagen en door de verpakkingenbelasting af te schaffen. Wat vindt de minister ervan dat zijn opvolger zijn fiscale vergroening om zeep helpt? Laat de minister zich dit zomaar gebeuren?  Of was dit alleen maar groene schijn?


Tot slot vraag ik me af waarom dit grijze kabinet ervoor kiest om te bezuinigen op natuur en het openbaar vervoer en wel te investeren in asfalt? Wat vindt de minister ervan om dit eens om te draaien?


En over draaien gesproken, voorzitter, daar gaat ook mijn laatste punt over, namelijk...





3. Investeren in onderwijs, banen en een betere houdbaarheid van de overheidsfinanciën


Want, voorzitter, In deze tijden van crisis is er een staatsman nodig die echte keuzes durft te maken. Een crisismanager die zonder draaien zijn keuzes ook aan iedereen uitlegt. Voorzitter, in de troonrede zegt dit kabinet bijvoorbeeld dat ze eigen verantwoordelijkheid en zelfstandigheid belangrijk vinden. Dat ze voor meer werk zorgen en een gezonde economie in moeilijke tijden. Maar wat gebeurt er nou echt? Door de ingrepen in de tegemoetkoming voor hoge ziektekosten en de PGB, wordt chronisch zieken en gehandicapten hun zelfstandigheid ontnomen. In plaats van de arbeidsmarkt te moderniseren, kiest de minister ervoor om de economische zelfstandigheid van vrouwen de rug toe te keren en dom te bezuinigen op de kinderopvang. Waanzin. In onze tegenbegroting laten we zien dat het terugdraaien van de bezuiniging op de kinderopvang prima kan worden gedekt met een inkomensafhankelijke kinderbijslag. Is de minister bereid tot dit toekomstgerichte alternatief?



Onze crisismanager lijkt meer op een boekhouder en dan ook nog een boekhouder die het niet zo goed begrepen heeft. Je kunt geen land besturen door je alleen te richten op bezuinigen. Visie en moed zijn nodig om niet dezelfde fouten te maken als Colijn in de jaren dertig. Als de eurocrisis verergert, kunnen extra bezuinigingen wederom de doodsteek zijn voor de economie.  IMF en het CPB waarschuwen het kabinet om niet in oude fouten te stappen, maar de boodschap lijkt niet te landen. Dat het ook heel duur kan zijn om keuzes uit de weg te gaan, dat wil de boekhouder niet horen. Dat je ook moet investeren in de toekomst om op lange termijn sterker uit de strijd te komen, dat is al helemaal aan dovemansoren gericht.


Of is het werkelijke probleem dat onze crisismanager op dit moment vooral een relatiemanager moet spelen in deze onmogelijke gedoogconstructie? Is dit duikgedrag het resultaat van de PVV-impasse?



Mijn partij maakt wel echte keuzes. Met lef, om te hervormen. Onze tegenbegroting laat zien dat je de begroting op orde kunt krijgen en tegelijkertijd Nederland klaar kan maken voor de toekomst. Door de economie te moderniseren en vergroenen creëren we ruimte voor onderwijs, zorg, kinderopvang en werk. Wij maken 1,5 miljard vrij voor onderwijs en bijna 6 miljard voor werk. Tegelijkertijd draaien we een groot aantal bezuinigingen van het kabinet terug die de lage en middeninkomens fors raken. Toch realiseren wij een zelfde EMU-saldo als het kabinet door in te zetten op een forse vergroening van de belastingen en een eerlijke verdeling van lasten en lusten.


Het CPB berekent alleen het budgettaire plaatje van de tegenbegroting. In de doorrekeningen van de verkiezingsprogramma’s, kun je beter zien welke gevolgen onze keuzes hebben.


•           Het lef om te hervormen leidt tot veel betere resultaten voor de houdbaarheid van de overheidsfinanciën. GroenLinks verbetert de houdbaarheid met maar liefst 34 miljard (5,4% bbp), terwijl dit kabinet maar 20 miljard realiseert. En dat zonder dat hiervoor zulke onnodig pijnlijke bezuinigingen nodig zijn.


•           GroenLinks hervormt met lef en verbetert zo de structurele werkgelegenheid met honderdduizenden extra banen (terwijl dit kabinet 110.000 banen verliest)


•           GroenLinks hervormt de woningmarkt en verbetert zo de houdbaarheid met ruim 8 miljard. Het kabinet laat daarentegen de hypotheekrenteaftrek met 2 miljard oplopen. De rekening voor de hypotheek op de heilige huisjes van dit kabinet loopt vies op.


•           GroenLinks kiest voor een generatieneutrale pensioenhervorming, zodat de rekening niet wordt doorgeschoven naar de volgende generatie.



Kom daar maar eens om bij dit kabinet! Het lef ontbreekt. Dit kabinet bezuinigt met zijn rug naar de toekomst. Het resultaat is meer werklozen en afnemende koopkracht die vooral de lagere inkomens treft en de economie verslechtert, zozeer dat zelfs de voorzitter van VNO-NCW begint te morren over de bezuinigingen. En wat als het tegenzit met de economie? Dan heeft het kabinet als enige oplossing om opnieuw te gaan bezuinigen. Stapt het kabinet nu echt wederom in dezelfde valkuil als Colijn in de jaren dertig? Deze CDA-minister wil vast niet in die voetsporen treden, toch? En zijn staatssecretaris heeft als Kamerlid zelf gevochten voor hervormingen. En nu? De rug naar de toekomst.



Voorzitter, het is zonder jokken en draaien mogelijk om wel de juiste keuzes te maken. Mijn partij doet dat. Binnen hetzelfde financiële kader als dit kabinet blijkt het mogelijk om werkgelegenheid te scheppen, om de koopkracht op peil te houden, om de houdbaarheid te borgen en om mensen zelfstandig te houden. Daarmee lossen we onze beloften in, zonder gedraai. Wij respecteren namelijk wel alle Nederlanders.