In de centrale hal van de Faculteit der Rechtsgeleerdheid in Amsterdam vond op 16 april het debat 'Grenzen aan godsdienstvrijheid' plaats. GroenLinks-Kamerlid Tofik Dibi was aanwezig en debatteerde met toegestroomde studenten, CDA-Eerste Kamerlid Sophie van Bijsterveld en hoofddocent staats- en bestuursrecht Wouter Hins. In het debat, georganiseerd door studentenvereniging Free Minders, ging het vooral over ritueel slachten en het boerkaverbod.
Ongeveer vijftig studenten kwamen af op het debat. Het boerkaverbod, volgens een aantal studenten 'symboolpolitiek', zorgde voor veel discussie én vraagtekens. “Worden deze vrouwen wel gedwongen om een boerka te dragen?” vroeg Tofik Dibi zich net als de studenten af. “En om hoeveel vrouwen gaat het eigenlijk, misschien honderdvijftig?” Volgens CDA'er Van Bijsterveld blijft het een belangrijk verbod, omdat een boerka de open communicatie belemmerd.
“In bepaalde situaties zijn boerka's niet gewenst, wanneer iemand voor de klas staat bijvoorbeeld,” gaf Dibi toe. “Op straat of andere privé situaties moet het echter een vrije keuze blijven.” De suggestie dat een boerkaverbod zorgt voor meer gelijkheid tussen man en vrouw klopt volgens hoofddocent Wouter Hins niet: “Een verbod is niet de juiste methode hiervoor. De nadruk zou meer moeten liggen op scholing en taalcursussen.”
“Het 'probleem' is ontstaan doordat de boerka niet overeenkomt met onze denkwijze, daarom vindt men dat het geweerd moet worden,” vertelde Dibi in het gebouw van de Universiteit van Amsterdam. “Maar wanneer de overheid wil ingrijpen in iemands leefwijze en geweten, moeten daar wel hele goede argumenten voor zijn. Die zijn er niet voor een boerkaverbod.”
Ritueel slachten
Ook over het verbod op onverdoofd ritueel slachten was het GroenLinks-Kamerlid duidelijk. “Een land als Nederland moet er alles aan doen om te voorkomen dat een dier onnodig lijdt.” Volgens Hins valt het verbod in dezelfde categorie als het boerkaverbod. “Wat mij betreft ligt er meer belang bij het aanpakken van de grote industrie. Megastallen en pluimvee zijn allesbehalve diervriendelijk,” aldus de hoofddocent.
Door gesprekken met joodse en islamitische slagers, weet Tofik Dibi dat de gelovigen door de aangezwengelde discussie opnieuw zijn gaan nadenken over hun werkwijze. “Inmiddels werken veel gelovige slagers al diervriendelijker dan voorheen,” zei Dibi. Daarom hoeft er voorlopig geen totaalverbod op ritueel slachten te komen. “Bij beide geloven is het juist de bedoeling om diervriendelijk te zijn.”